Carambole biljarten in het algemeen

Het biljartspel wordt gespeeld op een biljarttafel met een maatverhouding 1:2. Er zijn al tafels met de maten 90:180 cm verkrijgbaar, maar wil men ook wedstrijden hierop spelen dan schrijft de KNBB de volgende matchtafelmaten voor van 115:230 of 142,5:285.

Er worden diverse spelsoorten gespeeld:

  • Libre of het vrije spel
  • Kader, onderverdeeld in voor de kleine matchtafel 38/2, 38/1, 57/2 en voor de grote tafels zijn dat 47/1, 47/2 en 71/2
  • Bandstoten
  • 3-Banden
  • Artistic Billiards oftewel kunststoten

In het Libre zijn er nauwelijks beperkingen in hoe het spel wordt gespeeld. De gehele tafeloppervlakte mag worden gebruikt en als het spel goed wordt beheerst kunnen er hoge series worden behaald. De serie Americaine is de favoriete methode hiervoor. Omdat hiermee hoge series konden worden gehaald en voor de kijker best wel saai werd is het kaderspel bedacht.

In het kaderspel wordt het speelveld verdeeld in vakken (meestal met door waskrijt getekende lijnen), in elk vak mag er maximaal 1 of 2 punten, afhankelijk van bijvoorbeeld de spelsoort 38/1 of 38/2 worden behaald, op zijn beurt afhankelijk van of een aangespeelde bal dit vak heeft verlaten of niet. De eigen speelbal doet er niet toe, maar van de 2 aanspeelballen moet er minimaal 1 na 1 of 2 punten het vak verlaten hebben. De aanspeelbal mag wel weer terugkeren in dit vak en dan kan weer 1 of 2 punten worden gemaakt. Ideaal is natuurlijk de 2 aanspeelballen aan elk een kant van de scheidingslijn te houden:

Hiernaast wordt een ideale speelpositie getoond. De bal met de stip is de speelbal, de aanspeelballen liggen aan weerszijde van een lijn. Als ook hier het aanspelen goed wordt beheerst dan kan deze positie eindeloos worden herhaald en dus werd het bandstoten bedacht.

In de spelsoort Bandstoten moet de speelbal per speelpunt minimaal 1 keer de band hebben geraakt voordat de eerste aanspeelbal wordt geraakt. Na verloop van tijd werd ook bij deze spelsoort weer een techniek ontwikkeld waarbij een omgekeerde serie americaine kon worden gespeeld en dus werd als laatste het 3-banden de nieuwe populaire spelsoort. Bij 3-banden moeten er dus minimaal 3 banden worden geraakt door de speelbal voordat bal 3  mag worden geraakt. De hoogte van series wordt met deze handicap dus flink beperkt.

Als laatste spelsoort noem ik het kunststoten, een spelsoort die over het algemeen niet op het café-biljart zal kunnen worden gespeeld. Deze spelsoort bestaat uit een verplicht aantal figuren die volgens bepaalde richtlijnen moeten worden gespeeld met meestal een krachtige tot zeer krachtige afstoot welk nogal wat schade aan het biljartlaken aanricht. Om te zien worden uitgevoerd is spectaculair. Uitleg hierover geven is in het kader van deze lessen niet zinvol. Op het internet zijn genoeg voorbeelden hierover te vinden zoals het voorbeeld hieronder. Hierbij bezit een speler diverse soorten keu's zoals in het filmpje zichtbaar wordt. Let wel in deze spelsoort, moeten de verplichte figuren correct worden gespeeld en mag de derde bal pas worden geraakt als de figuur voltooid is. Het punt wordt afgekeurd als de 3e bal te vroeg, dus tijdens uitvoering van de figuur, wordt geraakt. Een figuur mag herhaald worden, maar dat kost weer punten. Of moet de partij in zo weinig mogelijk punten worden gespeeld? Probeer aan de hand van de vooraf getekende voorbeelden ook een inschatting te maken of de keu horizontaal of verticaal wordt gestoten.

 

Kunststoten wordt gespeeld met een uitgebreid assortiment van keu's in diverse gewichten. Zo zal voor een kopstoot, dus een stoot waarbij de keu verticaal wordt gehouden de keu kort zijn maar met een flink gewicht. Zo zal het gewicht per spelsoort verschillen. Voor het libre is in principe een gewicht van 430-460 gram voldoende, maar voor 3-banden wordt een keu van zo'n 550 gram gebruikt die nog zwaarder of lichter kan worden gemaakt met diverse metalen ringen die aan de achterkant kunnen worden geschroefd.

 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb